Piccalilly
In het midden van de achttiende eeuw vind je in Engelse kookboeken voor het eerst een recept voor Indian Pickle, wat dan later Piccalilly gaat heten. Er zit altijd curcuma en mosterdpoeder is (dat gele Coleman blikje) en is echt een erfenis van het Gemenebest. Het werd populair in Engeland omdat het een mooie manier is om met Indiase kruiden de restjes groenten uit je moestuin te gebruiken. En het blijft lekker lang goed. Je kunt het serveren in plaats van mosterd, bij kaas, paté, of bij een lekkere bonen maaltijd zoals de captains’ dinner. Ik gebruik vaak het ‘overgebleven sap’ van augurken of zilveruitjes. Dat scheelt weer azijn, zout en suiker.
Ingrediënten
Saus
1 gr kurkuma
10 gr mosterdpoeder
10 gr mosterdzaad
2 gr kerriepoeder
4 gr geraspte gember
4 gr gehakte chilipeper
4 gr gehakte knoflook
3 gr zout
30 gr geleisuiker
1 dl water
1 dl ciderazijn
20 gr bloem
Gesteriliseerde weckpot of oude jam of mosterd potten. (15 minuten in kokend water)
Groenten
400-500 gr groenten. Het liefst hard, zoals ui, bleekselderij, radijs, de stelen van broccoli en bloemkool, restje knolselderij, geschilde komkommer, kleine bloemkoolroosjes, wortel, pompoen, pastinaak, sperziebonen, paprika enzo. Let een beetje op de kleur en op de grootte van de stukjes. Het is een sausje, dus probeer niet veel groter dan 4-5 mm stukjes te hebben. Stoom de harde groenten 2-3 minuten tot ze beetgaar zijn. Laat de ui, komkommer en radijs rauw.
Methode
Meng alle ingrediënten behalve de bloem of maizena in een steelpannetje en laat 5 minuten koken. Proeven. Maak een papje (dat noemen we een dikke Willem) van de bloem of de maizena met een beetje koud water. Goed roeren tot alle klontjes verdwenen zijn. Voeg aan de saus toe en laat een paar minuten inkoken. Proeven en de smaak aanpassen (sommige mensen willen meer gember, of voegen nog wat sambal toen.
Haal van het vuur en giet over de groenten heen. Doe in de potten en koud bewaren. Nog lekkerder na een weekje trekken. Leuk om als cadeautje mee te nemen.